Zwarte diepte van een uitpuilend gat
Iemand heeft een heel diep gat gegraven. Naast het gat zie je stenen die de graver heeft weggehaald. Het gat is dus in de stoep gegraven, of onder de tegels in de tuin. De schep waarmee het gat is gemaakt, staat er naast. Misschien is de graver nét klaar, of heeft even pauze genomen. Heel vreemd is dat het gat niet de grond in gaat. Het steekt uit de muur. Je kijkt niet naar beneden de zwarte diepte in, het gat zit recht voor je. Alsof het omhoog is gekomen en gekanteld, zodat je het beter kan zien.
Kunstenaar Stijn ter Braak kan dingen zo goed namaken, dat ze echt lijken. Zo heeft hij een keer zijn eigen kamer helemaal nagemaakt, met alles wat daar in staat. Pas als je dichtbij komt, zie je dat hij alle spullen in die kamer – zijn tafel, zijn gitaar, de prullenbak, de boeken in de kast – zelf in elkaar heeft geknutseld. Ook bij het gat dat in een bunker op Fort Ruigenhoek uit de muur komt, snappen je hersenen niet waar je ogen nou eigenlijk naar kijken. Het is niet zo zwaar als je denkt. Het is gemaakt van oude matrassen en van piepschuim. Voor al zijn kunstwerken gebruikt Stijn alleen maar weggegooide rommel en materialen die hij op straat vindt. Hij zegt daarover: `Ik werk met wat er voorhanden is. Als ik op het platteland zou wonen, dan zou ik misschien werken met koeienpoep, of zand. Maar ik woon in de stad en dit is wat de stad mij te bieden heeft.’
Stijn ter Braak
Stijn ter Braak